NEDERLANDS ▼

Gezinsverantwoordelijkheden → Family Responsibilities: Lexicon

afwas doen

wash dishes

de hond uitlaten

walk the dog

het vuilnis buiten zetten

take out garbage

de rekeningen betalen

pay the bills

het bed opmaken

make the bed

ijzeren kleding

iron clothes

dingen repareren

fix things

de was doen

do the laundry

diner koken

cook dinner

De kamer schoonmaken

clean the room

het huis schoonmaken

clean the house

boodschappen doen

buy the groceries

breng de krant

bring in the newspaper

babysitten

babysit